Tarzan en de Verboden Stad
door Edgar Rice Burroughs
(41)
121. De troep apen springt naar
beneden en heeft al spoedig de beide mannen ingehaald. Atan
Thome en Lal Taask, die doodelijk verschrikt op de vlucht
slaan, voelen zich weldra door Ungo, den leider der apen
vastgegrepen. Ungo pakt Atan Thome de cassette uit de handen
en rent er mee weg, hopende, dat deze op zijn beurt nu hem
achterna zal komen. Lal Taask, woedend over het verlies van
het juweel, grijpt den verzwakten Thome beet en gaat hem te
lijf. Maar op dat oogenblik stormt Brian, die hen uit den
tempel gevolgd is, op hen toe, scheidt de beide mannen en
roept: "Nu is het geen tijd om te vechten. Wij moeten samen
werken". Geheel bezeten door het verlangen "Den Vader der
Diamanten" in zijn bezit te krijgen, rent Thome wanhopig weg
in de richting, waarin Ungo verdwenen is. Intusschen heeft
deze al weer lang genoeg van zijn nieuwe speelgoed, vooral
omdat hij ziet, dat de mannen niet met hem spelen willen en
heeft de cassette onnadenkend ergens op den grond laten
vallen, waar Thome het kistje terugvindt. Het krankzinnige
geschreeuw van den man trekt opnieuw de aandacht van de
apen, vooral als zij zien, dat Thome door Lal Taask en Brian
achtervolgd wordt. Weer komen de apen op hem toe. "Loop wat
je kunt" schreeuwt Brian. "De beesten willen ons aanvallen!
Kijk! Daar is een spelonk, vooruit, het is onze eenige
kans!"
122. Zij vluchten met hun drieën in de
spelonk. Hun eenige hoop is, dat de apen niet zullen durven
binnenkomen, omdat het zoo donker is in deze ruimte. Doch
het is niet uitgesloten, dat zij hier tevens in een val
zullen loopen, waaruit geen ontvluchten meer mogelijk zal
zijn.
Terwijl de mannen voorloopig veilig zijn voor de apen, wordt
Frederik Gregory in den onderaardschen tempel van Chon op
het altaar gelegd. Chon zingt een wilde melodie en steekt
zijn mes in de hoogte. "Niet doen!" gilt Helen. "Mijn vader
heeft U toch geen kwaad gedaan." Chon brult tegen haar: "Uw
vader heeft naar "Den Vader der Diamanten" gezocht, voor ons
is hij het bewijs van onze goddelijkheid, voor U is het
alleen een voorwerp van groote waarde. Maar de Vader der
Diamanten ligt voor altijd verloren op den bodem van het
Horus-Meer." "Wij kwamen niet voor den diamant", roept het
meisje uit. "U kunt de waarheid of U kunt onwaarheid
spreken", zegt Chon, terwijl hij zijn voorhoofd fronst,
"maar het bloed van Uw vader op ons altaar zal zeker de
waarheid spreken. Als deze man sterft, zal ik veel dingen
weten." En opnieuw heft Chon zijn mes op om Gregory te
dooden!
123. Brian en Lal Taask vluchten voor
de booze apen in de donkere spelonk en loopen verder door
naar binnen, als zij plotseling in de grot van Chon
verschijnen. De godheid keert zich om, laat het mes even
zinken en vraagt, met een boozen klank in zijn stem: "Wie is
zoo vermetel om dit heilige offer te onderbreken?" Helen
draait zich in de richting van de nieuw aangekomenen.
"Brian!" gilt zij. De man kijkt door het vertrek naar zijn
zuster, doch een half dozijn priesters springt naar voren en
overweldigen hem. "Hij is mijn broeder", zegt het meisje
tegen Chon. "Hij zal U vertellen waarom wij hier waren."
Maar Chon wil niet naar een verklaring luisteren. "Zorg er
voor, dat de dienst nu niet meer gestoord wordt". beveelt
hij. "Er zijn verschillende kwesties, die ik te vragen heb
aan het orakel in het bloed van het slachtoffer." En voor
den derden keer heft hij het mes boven het lichaam van
Helen's ongelukkigen vader...
Alleen de groote Tarzan is in staat om den man tegen te
houden, doch op dat oogenblik bevindt hij zich op weg naar
Athair met Lavac bij zich, waar zij hun schijnbaar hopeloos
zoeken naar Helen voortzetten. Als altijd is de aapman op
zijn hoede. Opeens blijft hij nadenkend staan.
De inhoud op deze pagina staat onder :
copyright 2013-2015 by Marten Jonker.